Halverwege de negentiende eeuw was Deurne een klein agrarisch esdorp aan de rand van de Peel. Deurne lag aan een groot akkerlandcomplex waaromheen een keten van buurtschappen en dorpen was ontstaan. De namen hiervan zijn tot vandaag blijven bestaan. Het akkercomplex dat zich van oorsprong al kenmerkte door een hogere ligging ten opzichte van de omgeving, werd gemeenschappelijk bewerkt vanuit de omringende dorpen en gehuchten, die allemaal agrarisch van aard waren.
Op deze wijze is het akkercomplex ontstaan dat zich uitstrekte van Walsberg tot de Breemortel en van Vreekwijk tot Zeilberg. Een gedeelte van de bebouwde kom, de Koolhof en het industrieterrein, evenals het sportpark zijn allen gebouwd c.q. aangelegd in dit akkercomplex. Ook het gebied ?d?n Heiakker? is een onderdeel van dit complex, nog duidelijk als afzonderlijke hoge akker herkenbaar, doorsneden door een drietal landweggetjes. Het gebied de Vlier (Haageind) is een onderdeel van de uitloper van het grote akkercomplex, hiervan gescheiden door de wegverbinding tussen Deurne en het kasteel met de daaraan liggende bebouwing.
De ruïne, gelegen aan de Vlier, is het overblijfsel van het vroegere kasteel, dat strategisch in het beekdal van de Vlier lag. Dit kasteel bevond zich aan het begin van de enige hoge (en droge) dekzandrug, waarover men dwars door de Peel kon trekken (naar Venray).
Op afstand van het centrum loopt in noordzuidelijke richting de geologische Peelrandbreuk. Deze breukrand, die aan de oppervlakte alleen herkenbaar is aan het kunstwerk, vormt echter een abrupte overgang van bodemgesteldheid en grondwaterstand.
Landschap
Naar het noorden en oosten toe helt ?D?n Heiakker?geleidelijk af. De ter hoogte van het Klein Kasteel lopende waterloop, De Vlier, is een afwatering, afkomstig van ?Het Riet?en de hogere gronden ten oosten van de Zeilberg.
Noordwestelijk van het gebied, in het beekdal van De Vlier, ligt de ruïne van het voormalige kasteel, omgeven door beplanting en waterpartijen. Het beekdal, dat zich over de Helmondsingel in westelijke richting voorzet wordt aan de zuidzijde begrensd door de Appeldijk, Haageind en Keizerstraat. De oostelijke rand van het oude bouwland wordt gevormd door de Randweg, aan weerszijden beplant met eiken. Deze Randweg dateert uit de tijd dat ?Het Riet?, een voormalig vochtig heidegebied, werd ontgonnen. Ook de Zeilbergsestraat in het zuiden van het gebied heeft een laanbeplanting met eiken.
Wegen en straten
De Dunantweg en het Haageind vormden de hoofdwegen binnen het plangebied. De Zeilbergsestraat is een buurtontsluitingsweg voor de buurten De Koolhof, Zeilberg en D?n Heiakker. De Randweg en de Kulertseweg zijn landbouwwegen, in principe vergelijkbaar met woonstraten. De doorsnijdingen van D?n Heiakker; Appeldijk, Veldweg en Nieuwe Witte Dijk waren onverharde landbouwwegen, uitsluitend ten behoeve van de bereikbaarheid van de akkers. Deze landbouwwegen waren door hun structurele ligging uitermate geschikt om als langzaamverkeersroute vorm te krijgen, wat dan ook gebeurd is. Qua structuur zijn ze van oudsher op het dorp gericht. De Veldstraat is meer geschikt als buurtweg (geen doorgaand verkeer naar andere buurten), waarbij de verlengde Europastraat, Molenstraat en Zeilbergsestraat als ontsluitingswegen fungeren, met een ?hoofdweg?functie.
De Maria-vredeskapel
Op 14 juni 1944 werd aan de boorden van het riviertje De Vlier, achter het klein kasteel, de Maria-Vredeskapel in gebruik genomen. Het was een geschenk voor pastoor A. Witlox, die zijn zilveren priesterfeest vierde. Het geld voor de bouw en inrichting van de kapel werd door de gemeenschap van Deurne bij elkaar gebracht. Bij de opening van de kapel werd de tekst voorgelezen van de, op perkament geschreven, oorkonde: ?de parochianen van Deurne stichtten in het oorlogsjaar 1944 voor hun jubilerende herder dit heiligdom van Maria, Koningin van de Vrede en Moeder van de parochie. ?
Deze tekst staat ook te lezen op de ingemetselde steen. Bij de opening was de kapel bereikbaar via een weggetje aan het Haageind. Dit weggetje lag tussen de watermolen en het Klein Kasteel. De kapel raakte echter in onbruik en werd in 1965, na verschillende vernielingen, gesloten. Hierna heeft de kapel dienst gedaan als stal en als opslagplaats.
In 1984 namen enkele Deurnenaren het initiatief om de kapel op te knappen. Dat was overigens gemakkelijker gezegd dan gedaan. Er moesten veel moeilijkheden overwonnen worden. Het duurde tot midden 1987 voordat de initiatiefnemers enthousiast aan de slag konden. Het parochiebestuur van de kerk in Deurne, eigenaar van de kapel, droeg het gebouwtje over aan een nieuwe opgerichte stichting; Maria-Vredeskapel Deurne. Hierna kwam alles in een stroomversnelling.
Op 24 september 1988 werd kapel opnieuw in gebruik genomen. De kapel heeft toen een bijna volledig nieuwe inrichting gekregen. De oorspronkelijke kostbaarheden heeft de stichting door allerlei omstandigheden niet terug kunnen krijgen. De fraaie wandschildering van de, inmiddels overleden, schilderglazenier Egbert Dekkers uit Moergestel, heeft men wel kunnen behouden.
De kapel is dagelijks geopend van 1 mei tot en met 31 oktober (ook in het weekend). In de overige maanden kunnen belangstellenden alleen op zaterdag en zondag terecht.